Geschiedenis // De firma van der Heijden, later exploitatiemaatschappij Christiaan Huygens NV, vindt zijn oorsprong in Den Haag in 1913 en is het verhaal van een vader, een moeder en hun twee zonen Han en Harry.

De eerste bestelling voor de firma bestond uit 5 kilo poetskatoen en een bankschroef, welke in een colliwagen werd vervoerd. Het was mevrouw van der Heijden die later in 1919 het initiatief nam om in de benzine te gaan en deed van haar huishoudgeld de eerste aankoop voor een bedrag van 13 gulden.

Het apothekers' poederdoosje

Vader van der Heijden, die oorspronkelijk in Deutz motoren handelde, vond automobielen maar klungels en zei in die tijd tegen zijn vrouw: “als je in benzine wilt handelen, moet je dat maar voor eigen rekening doen!”
De eerste dubbeltjes, die door mevrouw van der Heijden aan benzine verdiend werden, gingen zorgvuldig in een apothekers' poederdoosje.

In die dagen kon men alleen bij de drogist benzine kopen. De eerste klant van mevrouw van der Heijden was de heer Hordijk, zoon van de hoofdcommissaris van politie, die voor zijn dump-Indian vijf liter bestelde!

In 1920 begonnen de zaken te lopen. Voordat hij naar school ging, moest Han van der Heijden elke dag twee 10 liter bussen naar een adres aan de andere kant van Den Haag bezorgen.

Drie jaar later kwam het eerste benzinetransportmiddel in dienst: een oude fiets van Harry, waarvan men de hinderlijke trappers had gesloopt. Vader van der Heijden, die niet fietsen kon, hing bussen links en rechts van de stang en zo vervoerde men handig deze lastige vracht.

In mei 1923 dronk een Amerikaan in een blauw gestreept pak en met een gekartelde matelot, voorzien van een zwart-rood lint, een kop thee bij mevrouw van der Heijden in de Dommelstraat 1, Den Haag. Die Amerikaan was de Texaco depothouder Miles C. Hannah.

Oma van der Heijden met kleinzoon Han

Huygenstraat, Den Haag

Bij dat historische kopje thee, waarbij de jonge Han (vader van "onze' Han) eveneens aanwezig was, werd het contact tussen de firma van der Heijden en Caltex gelegd. Het officiële document staat op naam van de Continental Petroleum Company en de benzine kwam in die tijd uit Port Arthur. Het duurde niet lang, of de omzet was toen al gestegen van 1.000 liter benzine per dag in 10 liter bussen en vaten.

Het was een historisch moment toen de firma van der Heijden de eerste benzinepomp, een 20 liter slag langnek Bowser, voor het nieuwe pand aan de Huygensstraat installeerde.

Het publiek stond in het begin nogal wantrouwend tegenover zo'n pomp. Men was nu eenmaal gewend aan blikken. Daarom had vader van der Heijden, die intussen enthousiast was geworden voor de benzine van zijn vrouw, nogsteeds een 20 liter maat naast de pomp staan, om ongelovige Thomassen te overtuigen, dat ze bij van der Heijden niet bedot werden.

Om reclame te maken voor het tanken aan die pomp, had men de particuliere stadsomnibussen hiervoor geïnteresseerd. En zie; het publiek volgde dit voorbeeld en men ging er al spoedig toe over om ook bij die pomp te tanken.

Nauwelijks was deze nieuwe fase achter de rug, of de firma Van der Heijden stelde zich tot taak om nu ook motorolie te gaan verkopen en auto's te gaan doorsmeren. Het eerste service station kwam aan de grote weg bij de Maaldrift, Wassenaar. Zondags gingen de van der Heijdens daarheen om de beheerder, de heer Smit, af te lossen. Het persoonlijk contact met de klanten, het aanhoren van hun wensen en het verbeteren van de service maakte, dat de firma een gestage en gezonde groei doormaakte.

Na de eerste bedrijfswagen, een T-Ford voorzien van de fraaie letterbeschildering “Vetten en technische oliën”, kwamen grotere en mooiere vehikels, maar hoe de zaak zich ook mocht ontwikkelen, het waren 'de vier van der Heijdens', die hun schouders eronder zetten en hielden. Nieuwe panden werden gekocht, moderne werkmethoden werden toegepast.

Maaldrift, Wassenaar

Op 1 juli 1935 trokken vader en moeder van der Heijden naar voormalige witte huis naast het service station aan de Laan van Nieuw Oost Indië, Den Haag. In de Lekstraat kwam toendertijd het eerste LPG station. Al voor de oorlog had de firma van der Heijden een benzine station aan de boulevard op Scheveningen.

Toen de zaken zich snel ontwikkelden, besloot men de service afdeling en de auto wasserij naar de Houtmarkt over te brengen. Dit bleek een grote verbetering. De Elandstraat werd ingericht, uitsluitend voor het vlot bedienen van taxi's.

Het dertiende station - het getal dertien heeft altijd een gelukkige rol gespeeld bij de firma van der Heijden - kwam aan de Burgemeester Elsenlaan te Rijswijk.
In 1957 heeft de firma 135 mensen in dienst en groeit later uit naar 29 stations verspreid over regio Den Haag. In januari 1983 werden de benzine activiteiten afgestoten en werd voor een nieuwe toekomst gekozen voor de firma van der Heijden.